Kanovaren op de Semois

De streek van de Semois, ten zuidwesten van België vlakbij de Franse grens, is een zwaar onderschatte regio. Als je er in het laagseizoen komt ben je er vaak helemaal alleen. In de kano vaar je door de prachtige decors van de schitterende meanders van de Semois. Het is de enige Belgische rivier waar je echt urenlang kunt varen door de natuur. Kanovaren op de Semois is ook soms best spannend met de kleine valletjes en de leuke stroomversnellingen die je regelmatig tegenkomt. Wij peddelden eind november in twee etappes van Tintigny naar Chassepierre. Goed voor 51 km kanopret.

Dit deel van de Semois loopt voor het grootste deel door een uitgestrekte vlakte van weiden en kleine bosjes. De stroom is zwak en geeft geen technische problemen. Her en der liggen er gevelde bomen die soms een obstakel vormen. Het laatste stuk peddel je door een bos waar de stroming iets sterker wordt. Door de lage waterstand deden wij er ongeveer zes uur over, maar met een groter debiet gaat dat makkelijk een uur sneller.

Instappen kun je in Tintigny aan de brug op de linkeroever. Het eerste stuk (± 11 km), tussen Tintigny en Termes,  is smal en kronkelig. Net voor Termes is er een dam, eem de kanogoot in het midden van de dam. Het tweede deel leidt naar Jamoigne. De rivier behoudt hetzelfde rustige karakter. In Jamoigne is er een bypass van de dam. De dam is niet zichtbaar maar je houdt links aan door een smal stuk.

Stroomafwaarts van Jamoigne vertraagt ​​en verbreedt de rivier door de samenvloeing met de Vierre. Het laatste stuk tot aan Chiny, 7 km verder blijft kalm en iets minder bochtig. De laatste 3 km stroomt de rivier door het bos. Camperen kan aan de uitstapplaats op camping “Le Canada” in Chiny.

Instappen aan de camping stroomopwaarts van de Saint-Nicolas-brug, “Chiny-strand”. Let op vanaf hier is wat kanovaardigheid met stromend water aangeraden bij een hoog waterpeil. Stroomafwaarts van de brug kruist namelijk een eerste dam. Hij is gemakkelijk neembaar aan de linkerkant. Stroomafwaarts van deze passage neemt de rivier onmiddelijk ritme. De rivier maakt een grote meander die al snel naar een tweede dam leidt. Met enige ervaring is hij gemakkelijk te nemen. Hij kan ook worden omzeild door de kleine arm links te nemen.

De Semois vervolgt zijn route door het bos naar het Lacuisine-meer, dat zich aangekondigt door een sterke vertraging van de stroming. Het meer, eerder een verbreding van de rivier leidt naar de Lacuisine-dam. Neem de passage in het midden van de dam. Bij laag water is het aangeraden om met fragile boten over te dragen om beschadiging te vermijden. De rivier kronkelt nu door het open landschap tot aan Florenville, waarvan de kerk op de cuesta de vallei domineert. 

Na Florenville, moet je bij Martué een oude dam passeren tussen verschillende eilandjes. Kort daarna duikt de Semois het bos in voor bijna 10 kilometer. In dit deel van de route neemt de stroming toe, afhankelijk van het waterpeil. Het peddelen wordt hier wat technischer. Aan het einde van het bos strekt een laatste grote meander zich uit tussen de weiden tot aan Chassepierre. Direct na de brug van Chassepierre ligt op de linkeroever een grote weide waar je makkelijk kunt parkeren en uitstappen.